Historici over het nieuwe boek van Joep Dohmen

Foto van Roelof Braad

Roelof Braad

Roelof Braad, gepensioneerd stadsarchivaris en historicus, is reeds sinds 1991 betrokken bij Historische Kring Het Land van Herle. Zijn huidige functies zijn hoofdredacteur en bestuurslid.

Wie de bal kaatst, kan hem terug verwachten

Een onafhankelijke kritische vrije pers is een groot goed, zoals we nu ook weer zien in de Verenigde Staten waar de media onder vuur liggen van Trump en consorten. Toch moeten journalisten op hun beurt ook kunnen omgaan met tegenspraak. Het is immers in ieders belang dat discussies op het scherpst van de snede worden uitgevochten. Daar wordt uiteindelijk de waarheidsvinding en de opinievorming alleen maar beter van wat weer bijdraagt aan een open democratie.

Helaas blijken journalisten daar vaak nogal moeite mee te hebben. Zij die terecht machthebbers de spiegel voor houden, kijken zelf schielijk weg als de spiegel eens een keer hun kant opdraait. Een goed voorbeeld hiervan is het nieuwe boek van Joep Dohmen, Tuig van de richel. Het bewogen verhaal van een onderzoeksjournalist (Alfabet 2025). Joep Dohmen heeft een grote staat van dienst opgebouwd als onderzoeksjournalist. Het voert voor de redactie van MijnStreek te ver om in te gaan op alle politici die door hem zijn aangepakt, maar uit zijn boek blijkt dat het bieden van tegenspel door deze politici bij Dohmen leidde tot slachtoffergedrag. Zoals iedereen weet, vangen hoge bomen veel wind. Politici moeten daarom om kunnen gaan met dit soort onderzoeken, maar aan de andere kant is Joep Dohmen evenzeer een hoge boom. Met zijn artikelen kon hij immers carrières maken en in zijn geval met name breken. Niet vreemd dat de mensen in zijn beklaagdenbankje ook soms fel terug reageerden.

Het is echter opvallender dat Dohmen ook in de slachtofferrol kruipt als het gaat om een historisch debat waar hij zelf nota bene de aanstichter van was. In zijn boek De geur van kolen (Uitgeverij Leon van Dorp 2013) stelt hij het optreden van de Heerlense burgemeester Marcel van Grunsven tijdens de Tweede Wereldoorlog in een kwaad daglicht. Zijn gebrekkige historische onderzoek werd door de regionale historici indertijd stevig bekritiseerd. Er werd echter gespeeld op de bal en niet op de man. Marcel Put en Fred Cammaert leggen in hun boek ‘Eindelijk een echte burgemeester’ (X-Cago 2014) de fouten in het boek van Dohmen bloot. Nu blijkt uit Tuig van de richel dat dit Dohmen een kras op de ziel heeft opgeleverd en mede hem heeft aangezet tot een fietstocht door Frankrijk om dit allemaal te verwerken.

Een normaal historisch debat grijpt Dohmen dus niet aan om op argumenten de discussie aan te gaan, maar door het framen van zijn tegenstanders en te spreken over een jacht op hem als journalist. Zo kan hij door het spelen van slachtoffer wegblijven van een inhoudelijke discussie. Spijtig is het dat hij daarbij ons blad MijnStreek op volstrekt ontoelaatbare wijze gebruikt als stok om mee te slaan.

Zo wordt de recensie over het boek van Put en Cammaert door Frans Gerards (zijn naam wordt niet genoemd) en Roelof Braad in MijnStreek 2016 nr. 1/2 misbruikt om zijn gelijk te halen. De conclusie van beiden over het boek wordt uit zijn verband gerukt. Dohmen gaat voorbij aan de eerdere opmerkingen daarin over de feitelijke vraagtekens. En hij legt hen woorden in de mond die ze niet geschreven hebben. Ook wordt voorbijgegaan aan de teneur van de recensie. Die gaf niet aan dat het onderzoek van Put en Cammaert niet deugde, maar dat het als reactie op Dohmen minder geslaagd was. Verder is met geen woord gerept over wat Frans Gerards en holocaust-historicus Herman van Rens over Van Grunsven in een eerder ´Aangestipt´ over De Geur van kolen in Het Land van Herle 2013 nr. 4 schreven. Geen antwoord komt op de vraag hoe het kan dat verzetsmensen meteen na de oorlog nauwelijks een kwaad woord over hem lieten horen, hem zelfs de hemel in prezen. Ook het feit dat de grootse viering van het zilveren ambtsjubileum van Van Grunsven in 1951 geen kritiek oogstte en hem bij die gelegenheid in de voor hem gecomponeerde Van Grunsvenmars alle lof wordt toegezwaaid, wordt niet genoemd. Deze twee opmerkelijke feiten geven al aan dat de beslissingen in oorlogszaken de burgemeester niet werd aangerekend. Braad en Gerards gaven in feite aan dat een nieuw onafhankelijk onderzoek over leven en werk van de burgemeester hem echt zou kunnen rehabiliteren. Dat kan eerst nu sinds recent de dossiers van het Centraal Archief voor Bijzondere Rechtspleging en ook andere archieven openbaar toegankelijk zijn.

Een voorzet daarvoor ligt bij de drukker. In juni van dit jaar verschijnt bij Walburg Pers een biografie over verzetsman en commandant van de Heerlense brandweer Charles Bongaerts (1909-944), Een leven van moed en opoffering door Lodewijk Ivo Crijns waarin duidelijk wordt hoe Van Grunsven via zijn rechterhand gemeentesecretaris Wim Quint stevig samenwerkte met het verzet. Daarmee zal er een heel andere kijk komen op de oorlogsperiode van Van Grunsven. Nadere nog te verrichten bestudering van de dossiers van getuigen en de burgemeester in het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging en de vele verslagen van Heerlense en Limburgse verzetsmensen in de documentatie van het NIOD zullen naar onze mening zeker niet tot een andere conclusie leiden.

Kortom, Joep Dohmen krijgt terecht kritiek op zijn tekortschietende onderzoek. Hij gaat niet bij zichzelf ten rade, maar kruipt dik tien jaar later weer in de slachtofferrol. Daar kan hij voor kiezen, al getuigt het van weinig zelfinzicht. Waar we ons als redactie nadrukkelijk van willen distantiëren is het misbruiken van onze publicaties om dit zelfbeklag te onderbouwen en onze regionale historici die wel gedegen onderzoek hebben gedaan negatief weg te zetten.

Bestuur Het Land van Herle en Redactie MijnStreek 

NB: In het komende nummer van MijnStreek (2025-1) publiceren we een reactie van Koos Hussem, CEO van mediabedrijf X-Cago in Roermond, die het boek ‘Eindelijk een echte burgemeester’ door Marcel Put en Fred Cammaert financierde. Lees het in het bijgevoegde document.

Frappant is ook dat Dohmen niet in zijn eerste leugentje gestikt is. Neem bijvoorbeeld zijn aantijgingen jegens de historicus Loek Kreukels. Kreukels schrijft hierover: “Dohmen kan het liegen niet laten. Hij profileert zich in Tuig van de richel als de rechtschapen journalist die steeds de waarheid voor ogen heeft. Het tegendeel is waar. Hij beweert dat ik door de universiteit ben ontslagen als gevolg van een artikel dat hij en zijn kompaan Henk Langenberg over mij en een collega van mij schreven. Het is niet verstandig om dat te beweren; er zijn meer dan voldoende documenten waar het tegendeel uit blijkt. Uit zijn nieuwe boek blijkt dat kritische reacties op zijn boek De geur van kolen – in 2013 verschenen – hem tot op de dag van vandaag parten spelen, dat het zelfs mede aanleiding is geweest voor zijn merkwaardige fietstocht. Als je zo slecht tegen een op gedegen onderzoek gebaseerd weerwoord kan dat je er tien jaar later nog van wakker ligt, is het immers onverstandig opnieuw de geschiedenis te vervalsen. Een ezel stoot zich meestal niet twee keer tegen dezelfde steen.
KPMG heeft destijds in opdracht van het College van Bestuur van de universiteit Maastricht de valse aantijgingen van Dohmen en Langenberg tegen mijn collega en mij onderzocht en kwam tot de conclusie dat niets onrechtmatigs was gebeurd en wij ons evenmin hadden verrijkt. En Dohmen weet dat. Hij heeft het persbericht van het college gelezen. Mijn collega is dan ook gewoon tot zijn pensioen op de universiteit blijven werken. Ik had eerder toestemming van het college gekregen om in mijn vrije tijd een financieel aantrekkelijke klus voor een groot bedrijf te doen, zou ontslag nemen als dat project succesvol verliep en wilde liever als zelfstandig ondernemer werken dan als ambtenaar. Daarom nam ik zelf ontslag.”

Deel dit artikel:

Facebook
Twitter
LinkedIn
WhatsApp
Email
Scroll naar boven
Ga naar de inhoud